Rapport: EU-doelstellingen voor groene waterstof niet haalbaar in 2030
De Europese Rekenkamer uit stevige kritiek op de doelstellingen voor groene waterstof in 2030. Volgens een nieuw rapport zijn de plannen onrealistisch en gebaseerd op politieke wil in plaats van grondige analyse. Een herziening van de strategie is noodzakelijk om de haalbaarheid en economische impact te waarborgen.
De Europese doelstellingen voor groene waterstof zijn volgens de Europese Rekenkamer te ambitieus en niet realistisch. In een recent rapport wordt duidelijk gemaakt dat zowel de productie- als de vraagdoelstellingen voor 2030 herzien moeten worden. De plannen, die een productie van 10 miljoen ton en een import van nog eens 10 miljoen ton hernieuwbare waterstof voor ogen hebben, zijn volgens de Rekenkamer ingegeven door politieke wil in plaats van een betrouwbare diepgaande analyse.
Groene waterstof wordt gezien als een essentieel element in de overgang naar een koolstofneutrale industrie, met name voor sectoren zoals staal, cement en chemie die moeilijk kunnen overschakelen naar groene elektriciteit. De EU heeft in 2020 ambitieuze doelstellingen en financieringsprogramma's opgesteld om deze transitie te ondersteunen. Echter, de Europese Rekenkamer waarschuwt nu dat deze doelen niet haalbaar zijn zonder een realistische benadering en betere coördinatie met de lidstaten en industrie.
Een belangrijk probleem dat de Rekenkamer aanstipt, is het zogenaamde 'kip-en-ei'-dilemma. Er is momenteel een tekort aan groene waterstof, deels omdat de productiecapaciteit laag is vanwege de beperkte vraag. Tegelijkertijd blijft de vraag laag omdat de productie nog niet op schaal plaatsvindt, wat leidt tot hoge kosten. Dit probleem wordt verergerd door de uitdagingen in de gehele waterstofketen, waaronder transport van productiegebieden naar verbruikslanden.
Experts, waaronder Pieter Vingerhoets van onderzoekscentrum VITO/EnergyVille, hadden al eerder gewaarschuwd voor de onrealistische ambitie van de EU. Groene waterstofproductie vereist enorme hoeveelheden goedkope elektriciteit uit wind- en zonne-energie, wat in Europa beperkt beschikbaar is. België, bijvoorbeeld, rekent op de invoer van waterstof uit landen als Namibië en heeft plannen om via zijn havens een Europese hub voor waterstofimport te worden.
Stef Blok van de Europese Rekenkamer benadrukt dat een reality check nodig is om strategische beslissingen te nemen die het concurrentievermogen van belangrijke sectoren niet ondermijnen. Er moet voorkomen worden dat Europa afhankelijk wordt van andere geopolitieke spelers voor waterstof, vergelijkbaar met de afhankelijkheid van Russisch gas en Chinese zeldzame aardmetalen.
De Rekenkamer prijst wel de snelle ontwikkeling van een rechtskader door de Europese Commissie, wat rechtszekerheid biedt voor de opkomende markt. Toch is er nog veel werk te doen om investeringsbesluiten te versnellen en duidelijkheid te verschaffen aan projectontwikkelaars en ondernemers. Overleg met de industrie en experts is cruciaal om de plannen realistisch en uitvoerbaar te maken.