De Ferrari 248 F1 was de eerste Ferrari F1-auto die werd uitgerust met een 2,4-liter V8-motor, ontworpen volgens de nieuwe regels die in 2006 werden ingevoerd. Deze auto werd gebouwd voor het seizoen waarin Schumacher en Ferrari de strijd aangingen met Fernando Alonso en Renault. Met chassisnummer 254 behaalde Schumacher vijf overwinningen, waaronder de Grands Prix van San Marino, de Verenigde Staten en Duitsland. Tijdens de Grand Prix van San Marino evenaarde Schumacher bovendien het record van Ayrton Senna voor de meeste pole-positions.

Dit chassis was niet alleen belangrijk voor Schumacher's carrière, maar markeert ook een belangrijk moment voor Kimi Raikkonen. Voordat de Fin in 2007 Schumacher opvolgde bij Ferrari, testte hij vier dagen met deze auto. Dit maakt de 248 F1 niet alleen een iconische auto uit Schumacher's tijd, maar ook de eerste Ferrari waarmee Raikkonen reed.

Na de laatste race waarin de auto werd ingezet, tijdens de Hongaarse Grand Prix, werd de Ferrari in december 2007 verkocht aan een privéverzamelaar. Sindsdien heeft de bolide slechts enkele keren deelgenomen aan privétests, maar kreeg het wel een Ferrari Classiche-certificaat, wat de authenticiteit en de historische waarde bevestigt.

De veiling van deze auto biedt een zeldzame kans voor verzamelaars en F1-liefhebbers om een tastbaar stuk van Schumacher's erfenis te bemachtigen. Gezien de historische waarde van chassis 254 en de indrukwekkende prestaties in Schumacher's laatste seizoen, wordt verwacht dat deze Ferrari F1-auto miljoenen euro’s zal opleveren. Voor velen blijft het een symbool van een van de meest succesvolle periodes in de Formule 1-geschiedenis.