Zwaarder betekent duurder
Wegenbelasting wordt in Nederland berekend op basis van het gewicht van de auto. Aangezien plug-in hybrides een accupakket hebben, wegen ze doorgaans meer dan vergelijkbare benzineversies. Neem als voorbeeld een BMW 3-serie:

- BMW 330e xDrive (PHEV) – 1860 kg → €347 per kwartaal
- BMW 330i xDrive (benzine) – 1570 kg → €269 per kwartaal
- BMW 330d xDrive (diesel, zes-in-lijn) – 1735 kg → €572 per kwartaal
- BMW 320d xDrive (diesel, viercilinder) – €530 per kwartaal

Het verschil tussen de benzine- en PHEV-versie van de BMW 3-serie bedraagt 312 euro per jaar in wegenbelasting. Dat betekent dat je alleen prijsvoordeel hebt als je een PHEV goedkoop kunt aanschaffen én grotendeels elektrisch rijdt, bijvoorbeeld door thuis op te laden.

Diesel: duur in belasting, maar zuinig op de lange termijn
Dieselauto’s blijven vanwege hun hogere gewicht het duurst in wegenbelasting, maar compenseren dit deels door lagere brandstofprijzen en een lager verbruik.

Brandstofprijzen per liter (maart 2025):

Euro 95-benzine: €2,108
Diesel: €1,872

Diesels zijn in de praktijk zuiniger dan benzineauto’s, wat betekent dat wie veel kilometers maakt, mogelijk goedkoper uit is dan met een benzinemodel. Voor automobilisten die weinig rijden, blijft benzine de meest voordelige keuze.

Hybride onder druk
Met de stijgende wegenbelasting voor hybrides verdwijnt een belangrijk voordeel, waardoor benzineauto’s en diesels opnieuw in beeld komen als verstandige keuzes. Dit kan de verkoop van plug-in hybrides een beetje onder druk zetten, vooral als ze duurder worden zonder dat er een fiscaal voordeel tegenover staat. Wie op zoek is naar de voordeligste optie, moet even goed rekenen: hoeveel je rijdt, of je thuis kunt laden en wat de aanschafprijs van de auto is, bepaalt wat uiteindelijk de slimste keuze is.

Bron: de Telegraaf