Ursula von der Leyen, voorzitter van de Europese Commissie, heeft aangekondigd dat ze de autobranche wil ondersteunen tijdens de overgang naar duurzaamheid. Ze benadrukte dat de auto-industrie cruciaal is voor de Europese economie. "Miljoenen banen zijn afhankelijk van deze sector, en we moeten ervoor zorgen dat auto's in Europa blijven worden gemaakt," zei ze in haar toespraak.

Om de uitdagingen aan te pakken, wil Von der Leyen een “strategische dialoog” organiseren met autofabrikanten en andere belanghebbenden. Het doel is om samen oplossingen te bedenken voor problemen zoals trage EV-acceptatie en hoge kosten. "We moeten luisteren en samenwerken om deze ontwrichtende transitie succesvol te maken," stelde ze.

De elektrische auto’s, die centraal staan in de verduurzamingsplannen, worden nog niet breed omarmd door Europese consumenten. ACEA-directeur Sigrid de Vries wijst op een gebrek aan laadinfrastructuur en hoge kosten als belangrijke obstakels. "De markt laat het afweten, ondanks ambitieuze CO2-doelstellingen," zegt ze.

De EU blijft echter vasthouden aan de doelen van de Green Deal, zoals het verbod op nieuwe benzineauto’s in 2035 en volledige uitstootvrijheid in 2050. Von der Leyen wil die doelen niet versoepelen, maar benadrukt wel de noodzaak van flexibiliteit: "We moeten wendbaarder zijn en mensen en bedrijven beter begeleiden in deze transitie."

Hoewel de CO2-doelen stevig blijven, pleit De Vries voor een pragmatische aanpak. Ze roept op tot meer samenwerking tussen industrie, markt en consument om de disproportionele kostenlast voor fabrikanten te verlichten. Von der Leyen lijkt bereid naar de sector te luisteren, maar geeft geen garantie voor versoepeling van de regels.

Met de uitdagingen van fabriekssluitingen, protesten en tegenvallende financiële resultaten, is de toekomst van de Europese auto-industrie onzeker. Toch blijft de EU vasthouden aan ambitieuze klimaatplannen, terwijl het balanceert tussen duurzaamheid en economische belangen.