Toyota houdt prijzen stabiel door BPM niet door te rekenen
Vanaf 1 januari 2025 veranderen de belastingregels voor auto’s in Nederland. Elektrische voertuigen (EV’s) krijgen voor het eerst te maken met een vaste BPM-heffing van €667, terwijl de BPM voor plug-in hybrides (PHEV’s) op dezelfde manier wordt berekend als voor reguliere auto’s. Deze veranderingen zorgen bij veel merken voor prijsstijgingen, maar Toyota kiest ervoor de extra kosten niet door te rekenen aan de klant. Hiermee volgt het merk het voorbeeld van Volvo, Fiat en Jeep.
Voor Toyota’s elektrische modellen, zoals de bZ4X, betekent dit dat de prijzen in 2025 ongewijzigd blijven. Hoewel de BPM-heffing van €667 niet enorm hoog is, kan dit voor veel consumenten toch een aantrekkelijke besparing zijn. Ook voor plug-in hybrides is het nieuws positief. De BPM-verhoging, die afhankelijk van het model kan oplopen tot €694, wordt door Toyota zelf geabsorbeerd. Hierdoor blijven de prijzen van populaire modellen zoals de Yaris, Yaris Cross, Corolla en C-HR gelijk. Dit geldt ook voor de meeste hybride voertuigen in het gamma, wat Toyota aantrekkelijk maakt voor kopers die op zoek zijn naar betaalbare, milieuvriendelijke auto’s.
Naast het stabiel houden van de prijzen in 2025 komt Toyota volgend jaar met een nieuwe elektrische auto: de Urban Cruiser. Dit model werd vorige week onthuld en voegt een compact alternatief toe aan Toyota’s EV-aanbod. De prijs van de Urban Cruiser is nog niet bekendgemaakt, en het is nog onduidelijk of Toyota ook hier de BPM zal compenseren.
Toyota’s beslissing om de extra BPM-kosten niet door te berekenen past in een trend waarin autofabrikanten consumenten willen ontlasten en de overgang naar duurzamere mobiliteit stimuleren. Door deze strategie blijft Toyota concurrerend in een markt waar belastingregels de prijzen flink beïnvloeden. Dit maakt het merk niet alleen aantrekkelijk voor consumenten, maar versterkt ook de positie van hybride en elektrische voertuigen in Nederland.
