Volgens staatssecretaris Jansen zullen benzine- en dieselauto’s ook na 1 januari 2030 gewoon beschikbaar blijven. Dit is een koerswijziging ten opzichte van het Klimaatakkoord uit 2019, dat onder het kabinet Rutte-III werd opgesteld. Dit akkoord had als doel om tegen 2030 alleen emissieloze voertuigen te verkopen. "We willen mensen aansporen om de juiste keuze te maken voor het milieu, maar ze behouden de mogelijkheid om een benzine- of dieselauto te kopen," aldus Jansen.

Europese regelgeving onder druk
Ook in de Europese Unie is er discussie over de toekomst van benzine- en dieselauto’s. Volgens de afspraken moeten alle nieuwe voertuigen tegen 2035 uitstootvrij zijn, maar dit plan krijgt steeds meer tegenstand. De Europese Volkspartij (EVP), de grootste fractie in het Europees Parlement, stelt dat deze plannen mogelijk te kostbaar worden voor consumenten en banen in de auto-industrie kunnen verplaatsen naar landen als China.

In Nederland neemt het kabinet Schoof-I duidelijk afstand van eerdere afspraken over emissieloos rijden. Deze koerswijziging komt niet onverwachts, want ook eerdere verplichtingen, zoals het communiceren van de Total Cost of Ownership (TCO) van nieuwe voertuigen in showrooms, worden niet doorgezet. De toekomst van zero-emissiezones, die in eerdere plannen waren opgenomen, blijft voorlopig onzeker.