Ondernemers verdeeld over impact zero-emissiezones op bedrijfsvoering
Met de invoering van zero-emissiezones in veertien grote steden per januari 2025 ontstaat er een mix van verwachtingen onder ondernemers. Hoewel een meerderheid van de bedrijven weinig hinder verwacht, zien anderen juist uitdagingen in het verduurzamen van stadslogistiek. Dit blijkt uit een onderzoek van leasemaatschappij Ayvens onder vierhonderd bedrijven.
Uit het onderzoek blijkt dat 34 procent van de ondernemers zorgen heeft over de impact van zero-emissiezones op hun bedrijfsvoering. Voor veel bedrijven zijn de kosten voor het overstappen naar elektrische voertuigen een struikelblok. Ondernemers die al in duurzame busjes hebben geïnvesteerd, ervaren moeilijkheden om te concurreren met bedrijven die deze kosten niet hebben gemaakt. Tegelijkertijd zien ondernemers de voordelen van elektrisch rijden, zoals lagere brandstofkosten en minder uitstoot.
Daarnaast geeft 46 procent van de respondenten aan dat ze verduurzaming van stadslogistiek als een uitdaging beschouwen. Het plannen van leveringen binnen de emissievrije zones vraagt om aanpassingen in de bedrijfsvoering, maar niet alle bedrijven hebben de middelen of voertuigen om hier direct op in te spelen.
Om bedrijven de tijd te geven zich aan te passen, gelden overgangsregelingen voor voertuigen met dieselmotoren. Euro 5-dieselvoertuigen behouden tot 2027 toegang tot de zones, terwijl Euro 6-diesels tot 2028 of zelfs 2030 mogen blijven rijden, afhankelijk van het type voertuig. Voor vrachtwagens geldt een nog ruimere termijn.
Staatssecretaris Chris Jansen heeft gemeenten gevraagd om in het eerste jaar na invoering geen boetes uit te delen aan bedrijven die nog niet volledig voldoen aan de eisen. Dit moet ondernemers ademruimte geven om de overstap naar emissievrije voertuigen te maken. Transportorganisaties zoals Evofenedex en Bovag benadrukken echter dat een eerlijk speelveld ontbreekt, met name voor bedrijven die al hebben geïnvesteerd in duurzame voertuigen.
De zero-emissiezones zijn bedoeld om de luchtkwaliteit in steden te verbeteren en bij te dragen aan klimaatdoelen. Hoewel de meeste bedrijven de veranderingen zien als een haalbare aanpassing, blijft er verdeeldheid over de financiële impact en praktische uitvoerbaarheid.