De importheffingen treffen niet alleen Chinese merken, maar ook westerse fabrikanten die in China produceren, zoals Tesla en BMW. Tesla krijgt bijvoorbeeld een tarief van 7,8 procent bovenop het standaard EU-importtarief van 10 procent, wat neerkomt op een totaal van 17,8 procent. "Deze extra kosten hebben een directe impact op de prijs van voertuigen," aldus Meindert Schut, presentator van de Nationale Autoshow. Ook BMW heeft kritiek, aangezien meer dan de helft van de in Europa verkochte elektrische auto’s uit China afkomstig zijn, vaak van westerse merken.

Tesla’s beslissing om naar de rechter te stappen wordt deels als strategisch gezien. “Het indienen van een rechtszaak kan Tesla later een sterkere onderhandelingspositie geven,” zegt Schut. Toch is de stap opvallend, gezien Tesla’s CEO Elon Musk goede banden onderhoudt met voormalig president Donald Trump, die vergelijkbare importheffingen op Europese auto’s in de VS heeft voorgesteld.

De zaak benadrukt de groeiende aanwezigheid van Chinese merken op de Europese markt. Tesla blijft momenteel marktleider in Europa met de Model Y als bestverkochte EV, maar de concurrentie neemt toe. Europese merken zoals Volkswagen en BMW maken grote stappen om betaalbare en hoogwaardige EV’s te leveren, waardoor de druk op Tesla groeit.

Hoewel Tesla en BMW hopen de invoertarieven ongedaan te maken, zal de rechtszaak tijd kosten. Experts verwachten dat een uitspraak minimaal anderhalf jaar op zich laat wachten. Intussen blijven de hoge importheffingen een uitdaging voor fabrikanten die sterk afhankelijk zijn van Chinese productie.