De drie Japanse autofabrikanten geloven in een 'multi pathway'-aanpak om een schoner wagenpark te realiseren. Dit betekent dat ze verschillende wegen verkennen, waaronder het verder ontwikkelen van verbrandingsmotoren naast elektrische voertuigen. De nieuwe verbrandingsmotoren zullen een belangrijke rol spelen in deze strategie, mits ze minder afhankelijk zijn van de fossiele brandstoffen.

Deze gezamenlijke inspanning richt zich op het ontwikkelen van motoren die kunnen draaien op alternatieve brandstoffen. Deze omvatten synthetische brandstoffen, biobrandstoffen en zelfs waterstof. Toyota heeft al jaren ervaring met waterstoftechnologie en wil deze kennis nu ook toepassen op verbrandingsmotoren voor het grote publiek. Het doel is om fossiele brandstoffen te vervangen en de impact op het milieu te minimaliseren.

Naast het gebruik van alternatieve brandstoffen, richten de nieuwe motoren zich ook op integratie met elektrische aandrijflijnen. Dit betekent dus dat de motoren efficiënter en compacter zullen zijn, wat dan weer meer ruimte in de auto vrijmaakt voor batterijen en andere elektrische componenten. Deze hybride aandrijflijnen moeten zorgen voor een verlaging van de totale CO2-uitstoot van voertuigen.

Met deze samenwerking hopen de Japanse autobouwers niet alleen hun eigen voertuigportfolio's duurzamer te maken, maar ook een voorbeeld te stellen voor de rest in de industrie. Door de krachten te bundelen, willen de bedrijven de transitie naar een koolstofarme toekomst versnellen. Ze streven ernaar dat hun nieuwe motoren bijdragen aan het verminderen van de afhankelijkheid van fossiele brandstoffen en een flinke impact hebben op het milieu.