Diverse pomphouders vrezen voor hun toekomst door een ingewikkelde keuze die ze moeten maken. Gaan ze door met het aanbieden van brandstof, of stappen ze over op laadplaatsen voor elektrische auto's? Momenteel bieden veel tankstations langs de snelweg beide opties aan, maar de nieuwe regelgeving van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (I&W) stelt dat deze twee opties niet door één eigenaar mogen worden geëxploiteerd. Dit betekent dat pomphouders een keuze moeten maken: of brandstof of laadpunten.

Eigenaar zijn van een tankstation is in deze tijd niet makkelijk. De mobiliteitssector staat voor enorme veranderingen, pomphouders staan voor beslissingen nemen die hun toekomst bepalen. De overgang naar volledig elektrisch rijden is een van de grootste transities die de industrie ooit heeft gezien. Dit betekent dat pomphouders moeten kiezen tussen het aanbieden van fossiele brandstoffen, wat op termijn zal worden uitgefaseerd, of het overstappen naar elektrisch laden, wat aanzienlijke investeringen vereist.

Met de komst van steeds meer elektrische auto's vrezen pomphouders voor een 'spookterrein'. De inkomsten uit winkels bij tankstations, waar pomphouders goed aan verdienen, kunnen dalen als mensen niet meer stoppen om te tanken. Dit kan ertoe leiden dat kleine ondernemers worden verdrongen door grotere partijen die de middelen hebben om te investeren en langer te wachten op rendement.

Deze keuze leidt tot veel kopzorgen bij pomphouders. Volgens Chris van der Straaten van Belangenvereniging Energie- en Tankstations (BETA) kan samenwerking tussen sectoren een oplossing bieden. Hij roept de politiek op om duidelijkheid te geven en ziet een win-win situatie in samenwerking tussen aanbieders van elektrisch laden en energiepartijen langs de weg.